Afgelopen woensdag organiseerden wij een zeer geslaagde en goed bezochte workshop over melkvetsamenstelling en vetzuren. De workshop leverde veel waardevolle inzichten op en zette de deelnemers aan het denken over hun eigen bedrijfsvoering, voeding en de gezondheid van hun koeien.
De koe als efficiënte stikstofverwerker
De dag werd afgetrapt met een boeiende lezing van Frens Schuring. Centraal stond de stelling: "De koe is efficiënter met stikstof dan je denkt." Frens nam ons mee in een brede kijk op voeding, penswerking en mestkwaliteit, waarbij hij benadrukte dat koeien, mits goed gevoerd, zelf veel stikstof kunnen hergebruiken via speeksel en leverprocessen.
Een belangrijk uitgangspunt is structuurrijk, eiwitarm en biodivers voeren: een zoektocht naar een balans tussen goede melkproductie, gezonde mest en een weerbare koe. Frens haalde hierbij ook werk van Marije Hoogterp aan en liet zien dat al sinds 1968 (een kantelpunt in de landbouw) de voerstrategieën steeds eenzijdiger zijn geworden.
Penswerking, vetzuren en voeding
Er werd uitgebreid stilgestaan bij de rol van vetzuren in het rantsoen en hoe dit de penswerking, melkvet, maar ook de algehele gezondheid van de koe beïnvloedt. Interessant was de uitleg over de verschillende soorten koolhydraten en hun directe en indirecte invloed:
- Celwandkoolhydraten: zorgen voor pensprikkeling en vertraagde passage, maar kunnen bij overmaat slepende melkziekte veroorzaken.
- Celinhoudkoolhydraten: leveren directe energie voor micro-organismen, versnellen de fermentatie en stimuleren herkauwen, maar deze kunnen bij overmaat zorgen voor pensverzuring.
Frens benadrukte dat de pens zich al bij jonge kalveren ontwikkelt en dat structuur en zetmeelrijk krachtvoer in de droogstand essentieel zijn voor een goede start van de lactatie. Ook werd de link gelegd tussen leververvetting, uiergezondheid, vruchtbaarheid en een overmaat aan eiwit in het rantsoen.
Koppeling naar de praktijk: mest, melk en voeding
In de workshop werd helder gemaakt dat goede mest niet stinkt en dat te dikke of dunne, stinkende mest vaak een signaal is van verkeerde voeding of slechte vertering. Er werd besproken hoe voeding (o.a. te veel eiwit) leidt tot problemen zoals hoog ureum, verminderde weerstand en zelfs ontstekingsreacties in het lichaam van de koe.
Daarnaast werd stilgestaan bij de invloed van verschillende voedermiddelen op melkvetsamenstelling. Zo heeft een hoger aandeel graskuil in het rantsoen een positieve invloed op de omega 3:6-verhouding, terwijl mais dit juist uit balans brengt richting omega 6. Het voeren van hooi in de zomer werd als goed alternatief benoemd voor meer structuur en betere penswerking.
Frens gaf ook aan hoe belangrijk koecomfort is: elke extra liggende uur levert gemiddeld 1,7 kg meer melk op, dankzij betere doorbloeding van de uier.
Bespreking melkmetingen & inzichten deelnemers
Na de lunch gingen we verder met een lezing van Biomühle en Krauterfutter uit Duitsland, waarin werd uitgelegd hoe kruiden en aangepaste voeding de pens kunnen ondersteunen en stikstofverliezen in de mest verminderen. Ook werd duidelijk gemaakt dat de bodemtemperatuur bepalend is voor het moment van bemesten – bij 15°C verwerkt de plant stikstof, maar als het daarna veel regent, spoelt het weg.
Vervolgens werden de melkmetingen van de deelnemers gezamenlijk besproken. Dit leidde tot veel vragen en praktische inzichten. Samen werd gekeken hoe bepaalde uitslagen te koppelen zijn aan het rantsoen en wat er verbeterd kan worden. Denk aan aanpassingen in eiwitgehalten, het verminderen van mais, en het toevoegen van meer structuur en vezels om de pens beter te ondersteunen.
Belangrijke conclusies uit de workshop
- De koe kan stikstof efficiënter benutten dan vaak gedacht wordt, mits het rantsoen goed is afgestemd.
- Voeding, gezondheid en mestkwaliteit zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
- Een hogere C/N-verhouding in het rantsoen zorgt voor betere mestkwaliteit en minder stikstofverliezen.
- Comfort en liguren van de koe zijn direct gerelateerd aan melkproductie en gezondheid.
- Gras(hooi) voeren blijft essentieel voor een gezonde penswerking – "Mais is geen gras!" zoals treffend werd gezegd.
- Omega 3-vetzuren verbeteren door meer graskuil, minder mais en eventueel kruiden.
Gezamenlijke conclusie en vervolg
Deelnemers gaven aan geïnspireerd te zijn om naar hun eigen rantsoen en bedrijfsvoering te kijken, met oog voor gezondheid van de koe én de bodem. Sommigen gaven al aan bijvoorbeeld mais te willen verminderen of meer te sturen op betere vetzurenbalans in de melk.
Kortom: een zeer waardevolle en interactieve bijeenkomst, die laat zien dat het werken aan gezonde koeien, gezonde bodem én goede mest allemaal met elkaar samenhangt.
We kijken terug op een succesvolle studiedag!